| 
                               1. De Vloek Van Het Goud 
                              In de mistige nevelen van een ver verleden 
Was het goud nog geen reden voor strijd 
Tot de eerste heks der Azen hal betrad 
Haar toverkunst leidde tot haat en nijd 
 
Gouddronk was haar naam  
Hebzucht bracht haar faam 
De Azen trachtten haar te doden 
Maar zij hoorde tot de Wanengoden 
 
Met speren doorboorden de Azen de heks 
Tot driemaal toe werd Gouddronk verbrand 
Maar opnieuw en opnieuw werd zij herboren 
Loki at haar hart en nog was zij niet verloren 
 
Haar weergeld Wodan weigerde 
Aan de Wanen te betalen 
De eerste oorlog brandde los 
Zo vertellen de oude verhalen 
 
(chorus) 
De vloek van het goud 
Driemaal gedood en nog in leven 
Verwanten zullen strijden 
Goud wil men liever nemen dan geven 
 
Driemaal verbrand, driemaal gedood 
Telkenmale is de godin herrezen 
Als verleden, als heden 
Als toekomst kwam zij weer tot leven 
 
De Azen en Wanen sloten vrede 
Maar de goudlust was niet verslagen 
Tot aan de schemering der goden 
Moeten wij mensen deze last dragen 
 
(chorus) 
                             | 
                            
                               
                             |